donderdag 20 oktober 2016

de Minibusjes

Blog 20 - de Minibusjes

Het openbaar vervoer bestaat hier voornamelijk uit de ‘taxi-busjes’ of ‘minibusjes’. Voor de duidelijkheid: een taxi zoals wij deze kennen is hier een ‘cab’ (of een Uber, want die doen hier goede zaken).

Maar, hoe werkt het nou eigenlijk die minibusjes? Als buitenstaander kom je hier niet makkelijk achter. Er gaat namelijk een hele nieuwe taal schuil achter dit vervoer: de taal van handgebaren! Ook wel genoemd de ‘twaalfde officiële taal’ van Zuid-Afrika.
Zo geeft de opgeheven wijsvinger aan dat je naar de stad wilt en de vinger die naar beneden wijst geeft aan dat je ‘lokaal’ wilt blijven. Deze handgebaren worden gelezen door minibus taxichauffeurs en zijn de basis van een complex routesysteem.

De minibusjes en handgebaren zijn ontstaan tijdens de apartheid, omdat de zwarte arbeiders ver moesten reizen om op hun werk te komen en geen toegang hadden tot openbaar vervoer.  Om op afstand te kunnen communiceren met de chauffeurs zijn de handgebaren ontstaan. Zo ontstond er een hele nieuwe ‘taal’. De handgebaren symboliseren de plaatsen waar men naartoe wilt. Als de chauffeur het gebaar ziet van de plek waar hij naartoe rijdt dan zal hij stoppen.

Als je het handgebaar weet van de plek waar je naartoe wilt dan moet je nog leren hoe het werkt met routes en ‘haltes’. Er zijn een aantal vaste stopplekken en verder kan je overal in- en uitstappen. Wat soms voor levensgevaarlijke situaties zorgt, omdat ze zomaar ineens kunnen gaan stoppen. Eerder heb ik al geschreven dat dit dus ook langs de snelweg kan zijn. Eenmaal in de bus geef je aan waar je er precies uit wilt. Over het algemeen, dat wil zeggen dat er uitzonderingen zijn, rijden de minibusjes vaste routes en zijn het dus ook vaste chauffeurs die de routes rijden. Op de drukkere trajecten rijden meer busjes en op de meer afgelegen plekken komt minder vaak een busje. Daarnaast zijn er ook plekken waar de taxibusjes verzamelen en waar je naartoe gebracht kan worden, of kan lopen uiteraard, om daar vervolgens op een ander busje te stappen die je buiten de stad brengt. Naast de korte routes binnen de stad en de iets verdere routes naar buiten de stad kan je ook een taxi nemen naar Durban of zelfs naar Zimbabwe. Hiervoor ga je naar een taxi-standplaats waar je in de juiste rij gaat staan. Als een busje vol is dan vertrekt deze naar de plaats van bestemming.

Dit zijn by far de meest gevaarlijkste weggebruikers in Zuid-Afrika. Ze proberen zoveel mogelijk mensen in de minibus te stoppen en zo snel mogelijk van A naar B te rijden zodat ze zoveel mogelijk geld kunnen verdienen. Dit is één van de redenen waarom ze levensgevaarlijk rijden. Stoppen voor rode stoplichten is zeker niet favoriet bij chauffeurs van de minibusjes! Daarnaast schromen de meeste chauffeurs niet voor een deukje meer of minder, omdat de meeste minibusjes al bijna uit elkaar vallen. Niet echt bevorderlijk voor de veiligheid in het verkeer.

Het interessante aan deze minibusjes is dat dit zelf-gereguleerd is. De overheid heeft hier geen controle over. Er zijn taxi-maatschappijen ontstaan, waar taxichauffeurs zich met elkaar verenigd hebben, die de boel in handen hebben. Zij hebben de regio’s in handen en bepalen wie op welke routes mogen rijden. Dit heeft soms als gevolg dat er schietpartijen zijn. Ergens doet het wel denken aan de maffia…

De overheid probeert hier wel wat aan te doen, vooral vanwege de (on)veiligheid. Veel minibussen zijn een gevaar op de weg, omdat ze erg oud zijn en van ellende bijna uit elkaar vallen. De overheid haalt oude minibussen van de weg, stellen veiligheidsregels op waar de taxi’s aan moeten voldoen en proberen de boel beter te reguleren. Zo is het volgens de wet verboden om op de weg te stoppen en mensen in- en uit te laten stappen… Vooral het reguleren kost echter veel moeite, omdat de meeste chauffeurs daar niets van moeten hebben.

Maar hoe kan iets wat niet gereguleerd is, er zo gereguleerd uit zien? Op maandag rij ik altijd rond 17.30 langs een bushalte bij een winkelcentrum. Dit is dus een vaste ‘halte’ en vanaf hier vertrekken alle mensen die in het winkelcentrum werken weer richting huis. En nu komt het, ze staan altijd netjes achter elkaar in de rij. Serieus wel 100 mensen achter elkaar in een rij. Ken je die opgefokte mensen die staan te dringen bij de trein…? Geen sprake van hier! Iedereen wacht netjes op zijn beurt. Dat is de regel en zo werkt het. Als je aankomt bij de halte sluit je netjes aan en wacht je tot je aan de beurt bent.

 














Eigenlijk is het een fantastisch en vindingrijk transport systeem, waar zeker haken en ogen aanzitten, maar het werkt voor de meeste mensen heel erg goed en is ook de goedkoopste manier om van A naar B te komen.

Om het echt te ervaren zou ik wel eens in zo’n busje willen stappen, maar dat wordt toch wel afgeraden door de meeste mensen in mijn omgeving. Je wordt toch raar aangekeken als je als blanke in zo’n busje stapt. Het is de niet duidelijk waarom dit is, maar vermoedelijk omdat je dan het ‘plekje’ inpikt van een zwarte en je als blanke (zo wordt je toch gezien) waarschijnlijk ook een eigen auto kan betalen of een privé taxi kan betalen. Dit bevestigd (weer) het grote gat wat hier nog bestaat tussen de ‘blanken’ en de ‘zwarten’.

“The South Africa public transportation system however also represents a model of successful black economic self-empowerment. It is the only sector where blacks control an entire sector through their ownership of the Taxi mode of transportation.”



maandag 10 oktober 2016

1,5 jaar in Zuid-Afrika

Blog 19 – 1,5 jaar in Zuid-Afrika

En dan zijn we alweer 1,5 jaar in Zuid-Afrika! (en waar blijven de updates ;-)

We kennen de weg en de verkeersregels, weten de juiste winkels te vinden, doen mee aan de begroetingen en zijn gewend aan het Zuid-Afrikaanse tempo.

We hebben onze dagelijkse en wekelijkse routines. (lees: school, Moms&Tots, voetbal, dansles en zwemles) We kennen de ‘regels’ van het leven hier en kijken niet meer op van dingen die hier gaan zoals ze gaan. Alles wordt hier ‘gewoon’.  En daarmee zijn er ook steeds minder dingen om over te schrijven. Alle dingen die opvallen en die anders zijn, die zien we bijna niet meer.

Het biedt wel de ruimte om te gaan verdiepen en wat anders te gaan doen. Dus tijd voor een thuiscursus, lekker makkelijk van LOI, en een beetje de ogen open voor vrijwilligers werk.

Een van de weinige dingen die mij laatst weer een bevestiging gaf van de Zuid-Afrikaanse gang van zaken was de aanleg van glasvezel. Ja, ze zijn hier overal glasvezel aan het aanleggen! En daar kijk ik enorm naar uit, want het internet heeft nog wel te wensen over. Er worden borden in de wijk gehangen waarop staat wanneer ze gaan beginnen met de aanleg, maar de einddatum ontbreekt op het bord… Want ze zijn klaar wanneer ze klaar zijn… heel Zuid-Afrikaans! Waarschijnlijk zal het ook nog wel de nodige moeite kosten voordat we het daadwerkelijk in huis hebben, maar dat gaan we nog ondervinden. Glasvezel is in zicht!

Daarnaast is de zomer weer begonnen! Heel fijn, want we hebben een hele zware winter achter de rug…. NOPE. Maar het is lekker dat je ook in de ochtend en in de avond wat langer buiten kan zijn, omdat vooral de temperatuur ’s nachts weer oploopt. Het zwembad is nog wel veel te koud, dus de eerste duik is nog niet gemaakt.


Voor de volgende blog zal ik eens terug gaan kijken over welke dingen ik nog niet geschreven heb, maar nog zeker de moeite waard zijn!

maandag 1 augustus 2016

Nederland

Blog 18 – Nederland

Hij heeft even op zich laten wachten, maar ons eerste bezoek in Nederland, nadat we al meer dan een jaar in Zuid-Afrika wonen, vraagt om een blog.

Het eerste wat mij opviel in Nederland was het verkeer. Want dat lijkt heel erg georganiseerd, maar wat een chaos!! Wat een drukte; fietsers, voetgangers, brommers, motors. En dan alle bewegwijzering; stoplichten, fietspaden, zebrapaden, haaientanden enzovoort. Rechts heeft voorrang, en dan weer niet, omleidingen en heel veel borden welke wegen waarheen leiden.  Ik zie nu voor het eerst dat het voor buitenlanders best ingewikkeld kan zijn om aan het Nederlandse verkeer deel te nemen. Ik moest heel erg wennen in Zuid-Afrika aan het verkeer. Maar eigenlijk zijn er heel weinig regels en maakt dat het heel overzichtelijk. Tja, je raakt toch ergens aan gewend ;-)

En dan heb je natuurlijk het weer, dat vooral heel erg onvoorspelbaar is. Ik heb in twee weken tijd te weinig dikke kleren en te weinig zomerse kleren mee gehad. Van 10 graden tot 30 graden. Gelukkig hebben we weinig regen gezien en hadden we goed weer, maar je moet in Nederland echt overal op voorbereid zijn, altijd.

Iets anders wat ik erg opvallen vond: Nederland is geen land dat op service gericht is, Zuid-Afrika is dat wel. In Zuid-Afrika wordt je altijd door iedereen vriendelijk begroet en wordt er gevraagd hoe het gaat. “hello, how are you? I am fine and you?” Dit lijkt in het begin overdreven, maar het zorgt ervoor dat er even contact is met iemand en ik vindt het ook vriendelijk. In een restaurant wordt je goed en snel geholpen en de manager komt altijd een keer vragen of alles naar wens is. En als je klaar bent met eten wordt je bord weggehaald! Dat mogen ze van mij ook in NL doen. Waarom vinden Nederlanders dit onbeleefd..? Zelfs als de hele tafel is uitgegeten duurt het een eeuwigheid voor de borden worden weggehaald. Wat mij betreft kunnen ze wel wat leren van de service in Zuid-Afrika. En dan heb ik het nog niet eens over de boodschappen die voor je worden ingepakt en in de auto gezet en de auto die wordt volgetankt (terwijl je in de auto blijft zitten) en waar ze gelijk je banden en olie even voor je checken!

De deuren niet op slot als je in de auto zit, overal heen lopen en op de fiets. In het donker rijden, lopen of fietsen. Geen gates, bewaking, hekken en extra sloten. Alles dichtbij, maar ook druk overal en op elkaar gepropt; vol. Het is een andere wereld en bijna niet met elkaar te vergelijken. Maar de voordelen in Zuid-Afrika wegen momenteel zwaarder dan de voordelen in Nederland.

Het was heerlijk om iedereen weer te zien en het was binnen 5 minuten vertrouwd. We wonen dan wel aan de andere kant van de wereld, maar mede dankzij facetime zie je de meeste nog regelmatig, en heb je toch veel contact met iedereen. Ik reken mij rijk dat ik in 2 weken helemaal volgepland zit om alle leuke en lieven mensen in Nederland te zien. Het is een fijne gedachte dat we iets hebben om naar terug te gaan in Nederland. Maar na 2 weken drukte was het ook heerlijk om weer naar huis te gaan.
Johannesburg is nu onze thuis!


zondag 1 mei 2016

Altijd zon

Blog 17 – Altijd zon

Zoals al eerder een keer genoemd, als elke dag de zon schijnt dan ziet de wereld er een beetje mooier uit. Maar als elke dag de zon schijnt dan zit je dus nooit in de zon. En zit je ook binnen terwijl de zon schijnt.

In Nederland begint nu de lente en geniet iedereen intens van de eerste zonnestralen. Elk moment dat de zon schijnt wil je buiten zijn. Hier gaan we de winter in. Gelukkig betekent hier de winter nog steeds elke dag zon en valt er in de winter nog minder regen dan in de zomer, maar je merkt wel dat het kouder wordt. Niet écht koud, maar wel te koud om in het zwembad te liggen J

We zitten hier nu een jaar en hebben onze eerste winter en onze eerste zomer hier meegemaakt.

Toen wij aankwamen in april vorig jaar vonden wij het weer heerlijk. We liepen op onze slippers en hadden een korte broek aan. Misschien in de ochtend nog even een vestje, maar overdag hebben wij nog regelmatig bij het zwembad gezeten. (Al was het zwemmen wel echt te koud.) En nu zijn we toch gewend aan de warmte en vinden we hetzelfde weer, kouder. De temperatuur daalde afgelopen week naar 19 graden. Dat betekent een lange broek, een vest en dichte schoenen. Het betekent ook dat het wel weer erg lekker wordt om in de zon te zitten. Toch gek hoe snel je dus gewend raakt aan een ander klimaat.

Voor de volledigheid is afgelopen winter niet zo koud geweest en was de zomer erg droog, voor Zuid-Afrikaanse begrippen. Dus we weten nog niet wat het komende jaar ons gaat brengen…. Maar ook als het kouder wordt zal nog steeds de zon schijnen. Dus je kan altijd naar buiten. Althans dat vinden wij. Toen wij afgelopen 'winter' hier bij een restaurant met een speeltuin zaten en het 16 graden buiten was, maar geen storm of regen, was de speeltuin gesloten, omdat het te koud was.


Als altijd de zon schijnt dan heb je ook geen paraplu nodig, zou je denken… Maar niks is minder waar, ze gebruiken hier wel degelijk paraplu’s: tegen de zon. Want in de zon is het heet, dus men is graag in de schaduw. Je ziet regelmatig mensen lopen met een paraplu, tegen de zon, ziet er toch best grappig uit!

maandag 4 april 2016

Lesje Afrikaans

Blog 16 – Lesje Afrikaans

Ek vind Afrikaans ‘n baie mooi taal! So lekker, dat ek dit die moeite vind om me daarin te verdiep. Geheim sou ek dit wel wil leer. Ek het twee afrikaanse vriendinne, maar jy gaan tog vinnig Engels praat. Veral omdat dit vir hulle moeiliker is om my te verstaan.

Laat ons begin met ’n les geskiedenis:

Het Afrikaans is een West-Germaanse taal die hoofdzakelijk in Zuid-Afrika en Namibië wordt gesproken. De taal is een dochtertaal van het Nederlands, ontstaan uit zeventiende-eeuwse Nederlandse dialecten, en werd historisch Kaap-Hollands genoemd. Waarschijnlijk is 90 tot 95 procent van de woordenschat van Nederlandse origine. Daarnaast is de taal, zowel grammaticaal als in woordenschat, door het Portugees, het Frans, het Maleis, de Bantoe-talen, de Khoisan-talen en tegenwoordig ook door het Engels beïnvloed. De grootste verschillen tussen het Afrikaans en Nederlands zijn dan ook de spelling, morfologie en grammatica.

Met bijna 7 miljoen moedertaalsprekers in Zuid-Afrika, oftewel 13,5% van het totale aantal inwoners, is het de derde grootste taal van het land, na Zulu en Xhosa. 

Al stamt het Afrikaans van het Nederlands af en is het ook goed te verstaan door Nederlanders, er zijn heel wat verschillen. De meest opvallende verschillen op een rij:

Ons skryf soos ons praat! (S.J. du Toit, voorvechter van het Afrikaans)
Zo wordt een –x geschreven als –ks                     examen = eksamen
Een –c is gewoon een –k of een –s                       economie = ekonomie / circus = sirkus
En worden die eindigen op –isch worden –ies      typisch = tipies
In mijn ogen een stuk makkelijker dan al die ingewikkelde letters die wij gebruiken J

Voor verkleinwoorden gebruikt het Afrikaans –ie in plaats van –je. Een huisje is een huisie en een kapje is een kappie. Dit is hier in huis erg snel overgenomen, vooral door Lisa.

De ij komt in het Afrikaans niet voor (behalve in namen). Als je erover nadenkt is de ij eigenlijk ook een ingewikkelde letter met een i en een j, maak je een hele andere klank.
ij > y               goudmijn = goudmyn / ijs = ys
y > I                system = sisteem / mythe = mite
-lijk > -lik       onmiddelijk = onmiddellik / dadelijk = dadelik

Een groot verschil in grammatica zit in de werkwoorden, vervoegingen doen ze hier niet aan: Ek eet, jy eet, hy eet, ons eet, julle eet en hulle eet. En het probleem met –d of –dt daar doen ze ook niet aan! 

En als laatste doen ze in het Afrikaans aan dubbele ontkenning:
Ek is nie bij die huis nie = ik ben niet thuis
Maak nie saak nie = dat geeft niet
Een veelgebruikte Afrikaanse constructie is: moenie, een samentrekking van: moet niet) moenie huil nie = je moet niet huilen.

Een lijstje met leuke opvallende woorden:
Hysbak = lift
Verkleurmannetjie = kameleon
Bromponie = scooter
Duikweg = viaduct
Amperbroekie = string
Robot = stoplicht
Moltrein = metro
Plakkies = slippers
Wegneemetes = afhaalmaaltijd

Leuke gezegdes in het Afrikaans:
As die kat weg is, is die muis baas
Wie die laatste lag, lag die lekkerste
Win ie waag nie, wie nie wen nie!


Ek hoop dat jy weer wat geleer het oor Afrika. Vir my is dit 'n taal wat 'n glimlag op jou gesig gee. En een van die vele mooi aspekte van hierdie land!